In het uiterste oostpuntje van Frankrijk, in Banyuls-sur-Mer, ligt de coöperatie Cave de l’Abbé Rous. Niet alleen Spanje is heel dichtbij, ook de Middellandse Zee ligt voor de deur. Cave de l’Abbé is vernoemd naar de abt die hier eind negentiende eeuw wijn ging maken, om daarmee de bouw van een kerk voor het dorp te kunnen financieren. Er zijn 750 leden, die samen 1150 hectare wijngaarden verzorgen in de appellations Banyuls en Collioure.
Verreweg de belangrijkste druif in dit hete, droge gebied is grenache, die rechtstreeks uit de rotsen lijkt te groeien, zo arm en hard is de schistbodem hier. Het vereist heel wat vaardigheid van de wijnboeren om hun wijngaarden op de vaak steile, oneffen hellingen te bewerken. De wijngaarden zijn aangelegd in smalle terrassen, omringd door muurtjes van met de hand gestapelde stenen.
Gelukkig worden de druiven alleen maar lekkerder van al die ontberingen. Dat proef je in de specialiteit van dit gebied: de zoete, rode Banyuls, een vin doux naturel. Bij deze wijnen wordt meestal kort na de vergisting alcohol toegevoegd, zodat het gisten stopt en er natuurlijke suikers in de wijn achterblijven. Het levert intens fruitige, zoete en toch frisse wijnen op: heerlijk bij vruchtentaartjes en chocola, maar ook als digestief.